“Wij hebben zeker impact op de toekomst
van onze gasten”
Seline en Hasse hebben heel wat gemeen: een liefde voor het beroep van opvoeder én een gelijklopend traject bij De Hagewinde in Lokeren als stagiair-opvoeder, dat bij allebei uitmondde in een vast contract. Een ontwapenend gesprek over het opvoeden van jongeren met gedrags- en emotionele stoornissen en/of mentale handicap. “Niet elke dag is een feest, maar ik vind dit nog altijd een droomjob.”
Terwijl de fotograaf Seline en Hasse rug aan rug fotografeert, laten we even onze blik ronddwalen in de binnentuin van MFC (multifunctioneel centrum) De Hagewinde. Overal bankjes, veel groen, een voetbalplein in kunstgras ook. Te midden van al dat groen zijn een aantal huisjes neergepoot. Elk huis telt twee woonunits – elk voor één zorggroep – die in spiegelbeeld tegenover elkaar staan. In die zorggroepen proberen jongeren dag in dag uit samen te leven, spelen, leren.
Dit voelt als een veilige omgeving, pal in het centrum van Lokeren. Het interview vindt plaats in de jeugdclub van de dienst vrije tijd: een kicker, biljart, kleine bar en lounge zetels zorgen voor een tien voor sfeer en gezelligheid. “Dit maakt De Hagewinde zo bijzonder”, steekt opvoedster Seline van wal. “We steken onze jongeren helemaal niet weg in een afgelegen centrum, integendeel.”
“Kinderen en jongeren in moeilijke opvoedingssituaties bij hun groei naar volwaardige burgers op maat en zorgzaam ondersteunen, zodat ze hun rechtmatige plaats in de samenleving al doende afdwingen”, zo klinkt de missie van De Hagewinde. Een heel nobel streven, en broodnodig, want al te veel kinderen en jongeren worstelen met zichzelf en de wereld. Ze groeien niet op in een veilige en warme gezinsomgeving. En dat bepaalt wie ze zijn en hoe ze evolueren. “We hebben hier zelfs kleutergroepen, vanaf drie jaar.”
Choose your battles
Seline werkt al vijf jaar in de zorggroep Tarmac, waar er ruimte is voor zeven jongeren tussen 14 en 21 jaar met gedrags- en emotionele stoornissen in combinatie met licht tot matig mentale beperkingen. Elke zorggroep bij De Hagewinde telt naast een zorgverantwoordelijke, een gezinsbegeleider en een aantal opvoeders. “De jongeren die bij Tarmac belanden, hebben doorgaans al een voorgeschiedenis bij De Hagewinde omdat wij pubers begeleiden. Elke instroom pakken we gestructureerd aan. Eerst laten we hen kennismaken met de andere gasten, dan gaan ze eens mee op een activiteit en pas daarna stromen ze binnen. Als ze volwassen zijn, zullen ze zelden op de reguliere arbeidsmarkt terechtkomen, het hoogst haalbare zijn maatwerkbedrijven. We proberen hen zo zelfredzaam mogelijk te maken. Als ze later vrijwilligerswerk kunnen doen, is dat ook al mooi.”
Een opvoeder moet streng zijn, maar niet altijd. “Choose your battles, daar komt het op neer”, weet Seline uit ervaring. “Je kan niet voor elk akkefietje de strijd aangaan. Ze moeten natuurlijk wel onze schema’s volgen. Zo hebben sommigen vaste ‘kamermomenten’ om rust in te bouwen voor henzelf. Daar mag je niet van afwijken.”
“Het is toch een beetje een roeping, mensen helpen.”
Seline
Hun vrije tijd beleven ze in de interne ‘clubwerking’ (van dansen over koken tot knutselen) of in een externe club.
Deze jongeren hebben nood aan veel structuur, vertrouwenspersonen, voorspelbaarheid ook. Seline: “Natuurlijk zijn er heel wat regels in een groep, maar we werken wel heel cliëntgericht. We hebben aparte regels voor verschillende jongeren, want ze hebben allemaal hun eigen problematiek. Zo zijn er verschillende afspraken rond smartphonegebruik. Sommigen mogen die de hele dag gebruiken, anderen slechts op enkele momenten. Niet iedereen gaat immers even verantwoordelijk met die gsm om. Ook de sancties variëren. Dat maatwerk is zeker een van de sterktes van De Hagewinde.”
Ook het schoolritme is op maat van elke jongere. “Slechts drie van onze jongeren gaan voltijds naar de lokale buso-school De Broederschool, twee volgen twee keer per week tijdelijk onderwijs aan huis. Nog eentje heeft een aangepast school-programma.
Grote hechtingsproblemen
Deze opvoeders draaien zowel mee in dagdienst, late shift als nachtshift. Ook weekends horen erbij. Elke maandagnamiddag vergaderen alle opvoeders samen. “We hebben gelukkig vaste nachten, maar als er iemand ziek wordt, moet je soms inspringen voor een collega. Ja, in deze job moet je heel flexibel zijn.”
Waarom kozen ze voor deze uitdagende job? “Het is toch een beetje een roeping, mensen helpen”, vindt Seline. “Zonder sociale vaardigheden begin je er beter niet aan. Je moet na het werk ook de knop kunnen uitzetten, zeker als er een heftig incident gebeurde die dag. Je moet je werk dus kunnen loslaten, want anders kan je thuis niet ontspannen of genieten. Die mentale rust vinden, is zo belangrijk.”
Werden ze geïnspireerd door familie of vrienden om in de zorgsector aan de slag te gaan? Hasse: “Mijn mama is aan de slag in de zorg- en welzijnssector, ze begeleidt mensen met een zware beperking. “Ik ga nooit in de zorg werken,” zei ik ooit tegen haar, “maar ondertussen zijn we zover.”
Want, laten we eerlijk wezen: dit is geen nine-to-five job. En hun ‘gasten’ – zoals ze hun cliënten graag noemen – zijn geen doetjes. Niet alleen kampen ze met emotionele en gedragsstoornissen, bijna altijd komen ze ook uit heel problematische gezinscontexten. Hasse: “Sommigen zijn hier via de jeugdrechter geplaatst. Soms is er ook contactverbod met de ouders. Je hebt nu eenmaal ouders die heel graag kinderen willen én krijgen, maar beperkte pedago-gische skills hebben, en dan kan het fout-lopen. Niet zelden komen ze zelf uit een problematische gezinssituatie. Maar je kiest nu eenmaal nooit waar je geboren wordt. Die ouders willen dat niet altijd toegeven voor henzelf. We hebben hier veel ‘weekend-blijvers’. In principe mogen de meesten naar huis, maar hebben ze bijzonder weinig context: geen of afwezige ouders en/of geen andere opvangmogelijkheden. Als ze per se hier willen blijven in het weekend zeggen ze indirect: “Ik ben hier graag, dank u. Want hier is het veiliger en leuker voor mij.”
Door die manke gezinssituatie kampen veel van hun jongeren met een hechtingsproblematiek. Hasse: “Als ouders in de beginjaren echt afwezig zijn, agressief gedrag vertonen of hun kinderen fysiek en emotioneel verwaarlozen, krijgen die kinderen te maken met een onveilige hechting. Als ze nadien bij ons komen, klampen ze zich vast aan één persoon of stoten ze net iedereen af omdat ze niemand vertrouwen. Of ze spelen het spel van aantrekken en afstoten, wat in de rol van opvoeder heel vermoeiend kan zijn. Het is trouwens erg moeilijk om als opvoeder een antwoord te bieden op die hechtingsproblematiek.”
Tarmac is een ‘open’ zorggroep, en dat heeft consequenties. “Als ze willen weglopen, mogen we hen niet zomaar tegenhouden”, weet Seline uit ervaring. “Ze hangen bijvoorbeeld heel graag rond aan het station. Sommigen lopen weg om aandacht te krijgen, anderen doen het gewoon vanuit een je m’en fous-gevoel. Soms zetten ze elkaar aan om weg te lopen of te gaan vechten. Als ze ’s avonds niet terug-keren en een nacht wegblijven, seinen we hen bij de politie. Ja, ook dat hoort bij deze job.” “Als zoiets gebeurt, kan ik dat moeilijk loslaten”, vertelt Hasse eerlijk.
En ook de sociale media spelen hun rol, meestal niet ten goede. “Onze gasten vergelijken zichzelf met anderen die het beter hebben. Ze zijn heel vatbaar voor mensen met slechte bedoelingen, door de foto’s die ze posten. Ze versieren dan een date met iemand, ook al kennen ze die van haar of pluimen. Dat is zo gevaarlijk. Ze krijgen ‘aandacht’ of ‘liefde’ en vergeten alle mogelijke gevaren, zeker als ze een verstandelijke beperking hebben.”
Durf tonen als stagiair
Het voorbije jaar bouwde Hasse heel wat werkervaring op bij De Hagewinde, als stagiair en jobstudent in de zomer. Seline is heel lovend. “Ze toonde meteen initiatief als stagiair. Als je bij ons in zo’n zorggroep belandt, moet je sterk in je schoenen staan. Je moet zelfvertrouwen hebben, want als je niet op je strepen durft te staan, spelen ze meteen met je voeten. Maar Hasse knalde vanaf dag één. Je ziet heel snel wie ondernemend is, en wie niet. We hebben stagiairs nodig die er durven staan.”
“Mijn grootste werkpunt? Zaken leren loslaten, al lukt dit me nu al veel beter”
Hasse
“’Een klein schattig meisje, maar als ze haar mond opendoet, weten jullie waar jullie aan toe zijn’, zo hebben ze de gasten hier blijkbaar voorbereid op mijn komst”, lacht Hasse. “Je moet vooral consequent zijn in de afspraken die je met hen maakt. Seline was trouwens niet mijn persoonlijke mentor, maar we hebben ondertussen al veel samen-gewerkt. Mijn grootste werkpunt? Zaken leren loslaten, al lukt dit al veel beter dan in het begin.” “Dit gezegd zijnde, op school zijn ze heel streng”, wil Seline even kwijt. “Wij wisten al snel dat Hasse een blijvertje was”, knipoogt ze.
Opvoeders met incasseringsvermogen
Seline en Hasse proberen hun jongeren voldoende weerbaar te maken zodat ze nadien, op de drempel van volwassenheid, een plekje kunnen verwerven in de maatschappij, mits de nodige omkadering. “Dat is het ultieme doel, ja”, zeggen ze in koor. “Als ze dan uiteindelijk toch in de psychiatrie of in een forensisch psychiatrisch centrum belanden, dan durf je weleens je eigen werk in vraag te stellen. ‘Waar hebben we steken laten vallen?’ of ‘Hadden we meer kunnen doen?’”
“Maar je kan nu eenmaal niet iedereen redden”, zegt Seline op filosofische toon. “In programma’s zoals Down the road zie je vooral scènes waarin alles goed verloopt, maar regelmatig worden er scheldwoorden naar ons hoofd geslingerd. Je moet kunnen incasseren als opvoeder, schrijf dat maar op.”
“Het is dus zeker niet elke dag feest, maar dit is nog altijd een droomjob”, vervolgt Seline. “We creëren ook echt een meer-waarde voor de maatschappij. Onze job heeft een impact op hoe onze jongeren zich nadien zullen gedragen in de samenleving. En soms maken we een wezenlijk verschil in hun toekomst. Ook al weten vele mensen helemaal niet wat we precies doen. Ik merk dat als ik met familie, vrienden en kennissen praat over mijn job. Bijna iedere keer vallen ze uit de lucht. Zeker over jongeren met gedrags- en emotionele stoornissen en hechtings-problemen, kunnen ze zich meestal geen beeld vormen. Er zijn zoveel gradaties in gedragsstoornissen. En ze zien er net zo uit als jij of ik”, vertelt ze.
Seline ziet zichzelf deze job doen tot haar pensioen, Hasse wil in de nabije toekomst ook een lerarenopleiding volgen. “Ik droom van een gezin, en dat combineren met deze job lijkt me toch niet evident. We zien wel wat de toekomst brengt.”
Seline: “Ik verkies deze job op dit moment boven eigen kinderen. Mijn vriend en ik hebben voorlopig geen kinderwens, maar als die er toch zouden komen, wil ik deze job zeker verder blijven doen. Misschien heeft het ook deels te maken met de vraag: ‘Wil ik nog een kind zetten op deze wereld?’ Er is overbevolking, het klimaat draait in de soep, we leven in heel woelige tijden; ik zie ook de problemen hier natuurlijk en heb al zoveel werk met mijn gasten, zeg ik soms al lachend. Maar ik vertrek nog elke dag met plezier naar mijn werk. Hagewinde is een heel mooie en vooral warme voorziening met veel openheid, inspraak en ondersteuning. En met goede collega’s bij wie je af en toe kan uithuilen, indien nodig. Eens goed bleiten in den bureau kan deugd doen”, besluit ze al lachend.